zondag 30 januari 2011

Expeditie CC De Mol

Er zijn plaatsen waar je zonder auto beter niet naartoe kunt gaan. Ik heb geen auto maar mijn nieuwsgierigheid naar evenementen op eigenwijze locaties maakt mij regelmatig overmoedig. Zo wilde ik laatst perse naar een voorstelling van NTGent, die niet langer in Gent speelde. Wel in Lier, een beetje het Haarlem van België. Twintig treinminuutjes vanaf Antwerpen en op station Lier zou ik verschillende bussen kunnen pakken naar CC De Mol. Klinkt allemaal niet heel gevaarlijk, maar ik wantrouw openbaar vervoer – zeker als ik over moet stappen – en vertrek dus anderhalf uur van tevoren.

Het gelazer begint in Lier. De routeplanner gaf niet goed aan welke bus ik moest pakken, maar omdat een klasgenootje mij had verteld dat veel bussen langs het CC zouden rijden had ik mij daar niet zo’n zorgen om gemaakt. Naast de bushalte staat een frietkot waar ik de weg vraag, maar zowel de twee frietbakkers als de klant voor me hebben geen idee hoe ik bij het CC kom. Ik bedenk dat een snackbar misschien niet de meest cultureel verantwoorde plek is en loop het station weer in waar ik een loketmedewerkers aanschiet. Die heeft al helemaal geen idee, dus hop terug naar de bushalte waar inmiddels een vriendelijk uitziende dame staat. Ze kent CC De Mol! Sterker nog, ze moet dezelfde bus hebben als ik en legt me in de bus wel vier keer uit hoe ik moet lopen. Normaal gesproken stoort het me als mensen zichzelf herhalen maar nu laat ik me het gebabbel gewillig aanleunen, blij iemand gevonden te hebben die weet waar ik moet zijn.

Als ik uitstap check ik meteen de tijden terug naar het station, die vies tegenvallen. Ik kan kiezen tussen de voorstelling een kwartier eerder verlaten of een taxi. Werkloos als ik ben besluit ik eerder te vertrekken, hoewel ik het wel HEEL ERG vind dat ik nu niet weet hoe de voorstelling afloopt. Ik ben uiteindelijk een kwartier te vroeg voor de één na laatste trein en ijsbeer wat over het station. Het station is op een paar lantaarns na donker, maar hier en daar ontwaar ik silhouetten van medereizigers. In Boechout, één station na Lier, wordt mijn rust genadeloos verstoord door zeker dertig dronken pubers. Met brandende peuken en flessen sterke drank in de hand vullen ze ‘mijn’ coupé.

Het lijkt erop dat ze stoer willen doen en geen kwaad in de zin hebben. Desondanks voel ik me geïntimideerd door hun luidruchtigheid en gierende hormonen, en sluip ik naar een volgende coupé. Het maakt weinig uit want eenmaal in Antwerpen sluiten ze me in op de roltrap. Buiten pak ik natuurlijk meteen een andere route, maar ook dat helpt niet, want tien straten verderop hoor ik ze nog brullen. Had ik een auto dan was ik dit tuig niet tegengekomen, had ik het einde van de voorstelling gezien, niet zes mensen naar de bus hoeven vragen en waarschijnlijk ook geen inspiratie voor een blog gehad.

zondag 23 januari 2011

Hable con ella

Het doek gaat open, een vrouw met heksachtig uitstaand haar buigt achterover. Het is moeilijk te zeggen waarom, maar bij het zien van deze openingsshot weet ik al dat ik Hable con ella een prachtfilm ga vinden. En dan heb ik nog niet eens gemerkt dat ik naar de beroemde caféscène uit Café Müller kijk, mijn favoriete ballet van Pina Bausch. Kortom, regisseur Pedro Almodovar kan geen kwaad meer doen in mijn ogen, terwijl ik nog een benul heb van het verhaal.

In Hable con ella vertelt een verpleger de in coma liggende ballerina Alicia over Café Müller. Hij heeft zelfs een handtekening van Pina Bausch voor haar meegebracht. Het is net of hij speciaal voor Alicia naar het ballet is geweest, en dat raakt. En dan is er ook nog een schrijver, ik hou om een of andere reden erg van films over schrijvers, die gefascineerd raakt door torero Lydia. Hij wint haar respect door een veldslang voor haar te doden en krijgt toestemming zich in haar (privé)leven te verdiepen om een artikel over haar te schrijven. Dan wordt Lydia verslagen door een stier en ze raakt in coma. In het ziekenhuis komen de verhaallijn van de Alicia en Lydia samen als de verpleger en de journalist elkaar ontmoeten.

Het is geen toeval dat de verpleger naar Café Müller is geweest, het verzorgen van Alicia is zijn levensdoel. Hij heeft haar één keer ontmoet voor zij in coma raakte, zij vertelde hem toen dat ze van ballet, stomme films en reizen houdt. Behalve balletvoorstellingen bezoekt de verpleger daarom ook stomme films. Hable con ella toont een fragment uit een film over een man die steeds kleiner wordt, zo klein dat hij uiteindelijk in de vagina van een vrouw verdwijnt. Het is niet moeilijk te raden dat de verpleger niets liever zou willen dan in Alicia verdwijnen.

Toch schokt het me als Alicia zwanger blijkt. De eerst zo aandoenlijke toewijding van de verpleger heeft zieke vormen aangenomen. Gek genoeg lijkt de journalist juist steeds meer om de verpleger te geven. Zijn (gedroomde) relatie met Lydia is om zeep geholpen door haar overlijden. De journalist richt zijn aandacht volledig op de verpleger en is de enige die hem bezoekt als hij in een psychiatrische inrichting wordt opgesloten. De journalist is ook degene aan wie de verpleger zijn afscheidsbrief richt als hij een overdosis slikt. Gaan alle geliefden van de journalist vroegtijdig dood?

Hable con ella eindigt met ballet. In de zaal zitten zowel de journalist als Alicia, de miskraam heeft haar uit haar coma doen ontwaken. Alicia lijkt de journalist te herkennen, zonder te weten waarvan. Flirterige blikken worden uitgewisseld, de aftiteling van de film begint. Een prachteinde, al kan ik het niet helpen te dromen van een happy Hollywood einde waarin Alicia en de journalist trouwen en ik zeker zou weten dat ze nog lang en gelukkig leven.

dinsdag 11 januari 2011

Amish Paradise


Toen ik het clipje Amish Paradise voor het eerst zag, wist ik niet meer dan dat het een parodie was op Gangsta’s Paradise. Een wat beter ontwikkelde vriend van me vertelde me dat de Amish echt bestaan. Voor wie ook onder een steen heeft geleefd: Amish is een niet-te-geloven strenge geloofsgemeenschap in Pennsylvania, waar mensen leven alsof de Industriële Revolutie nooit heeft plaatsgevonden. Overigens hebben ze wel een website, zelfs met blog.

Op de site kun je zien dat Amish rondlopen in ouderwetse klederdracht (bretels enzo), doen aan landbouw met paard en wagen en zeer streng gelovig zijn. Streng gelovig zijn meer mensen, maar ik durf te wedden dat die wel een magnetron in huis hebben. Ik daarentegen heb op mijn kot geen magnetron. Ook geen oven (niet eens een houtoventje!) en geen vriezer, wasmachine, droger, staafmixer en stofzuiger. Eigenlijk leef ik best Amish. Ik heb ook een blog en zelfs een bijbel, van die laatste weet ik alleen zo gauw niet meer waar…

dinsdag 4 januari 2011

Hyves thee

Pickwick had een geweldig idee: Hyvers inschakelen om een Dutch Tea Blend te maken. Waarom? In een interview op Frankwatching geven medewerkers van Pickwick als reden op dat Hollanders veel thee drinken maar geen eigen theesmaak hebben, in tegenstelling tot de Engelsen met hun nog altijd populaire English Tea Blend. Hoog tijd dus voor Hollandse thee, genaamd Dutch Tea Blend. Ik doe, waarschijnlijk net als jij, hard mijn best om me niet af te vragen waarom de thee dan niet Hollandse Thee Smaak heet.

En waarom worden Hyvers gevraagd om deel te nemen aan dit cocreatieproject? Tjsa, dat is een moeilijker te beantwoorden vraag. Hyves is natuurlijk nog steeds het grootste Nederlandse social network, maar om de leden ervan daarom meteen als thee-experts te beschouwen... ik betwijfel het. Vooral omdat ik de gekozen Dutch Tea Blend, oranje pecco, niet te zuipen vind. Oranje pecco slaat op twee dingen die ik niet meteen associeer met goede smaak: (1) het koningshuis en (2) jonge, donzige theebladeren.
Samen smaken ze naar een mix van Earl Grey (saai) en fruitthee (het ergste dat je mij op theegebied kunt aandoen). Met andere woorden: slechte combi.

Wat wel een goeie combi was geweest? Dat kan ik in mijn eentje niet beslissen. Daar is cocreatie, de hipper dan hipste vorm van samenwerken (en marketingstunt in één), voor nodig. Het lijkt mij daarom een goed idee om alle Nederlandse Facebookers, bloggers, internetters, asielzoekers en randdebielen te vragen hoe de Dutch Tea Blend moet smaken. Want als Hyvers thee kunnen maken, dan kunnen alle andere Henk en Ingrids in ons land dat toch zeker ook..?

maandag 3 januari 2011

Jaaroverzicht

Het is 2011 maar het Nieuwjaarsgevoel voel ik niet. Nog niet. Door 1 januari 7:15 mijn bed in te rollen begin ik het nieuwe jaar met een flink verstoord bioritme. Ter indicatie: het is nu bijna 1:00 ’s nachts en ik heb zin in lunch. Slapen heb ik sowieso opgegeven, morgen weer een dag, nacht, dagnacht. Nachtdag?

In mijn 1001 pogingen tot slapen van de afgelopen uren vond ik trouwens wel een verklaring voor mijn gebrek aan Nieuwjaarsgevoel: ik heb geen jaaroverzicht gepubliceerd. Elk zichzelf respecterend medium doet dat, dus waarom Speciaaltje niet?

Om het niet nog langer uit te stellen heb ik het overzicht niet zelf gemaakt, maar laten maken. Door Facebook. Conclusie: 2010 was het jaar waarin ik één scriptie schreef en heel veel festivals bezocht. Mijn doel voor 2011 laat zich raden: nog een scriptie, meer festivals en een baan. Een echte.

Beste wensen allemaal!